Ken uw studenten

Ken uw studenten
Gepubliceerd op 15 mei 2018

 

Lees hier het artikel van Prof. Dr. Robert-Jan Simons, emeritus hoogleraar Didactiek in digitale context Universiteit Utrecht en directeur Visie op leren over digitalisering van het onderwijs en de ervaringen van de student. Met handige tips!

Een paar weken geleden was ik op de Universiteit van Tartu in Estland om daar een aantal promovendi op het gebied van onderwijskunde te begeleiden. Eén van hen was een vijftigjarige biologiedocent uit Afrika. Hij had een beurs gekregen om onderzoek te doen naar de rol van Facebook in het onderwijs. Zijn motivatie maakte indruk op mij. Hij verwoordde die ongeveer als volgt:

Ik ben van huis uit bioloog en in mijn werk en studie als bioloog heb ik geleerd dat als je dieren ergens wil krijgen, je moet kijken waar ze hun eten nu hebben en dan hun eten verplaatsen naar de plek waar je ze hebben wil. Dan komen ze vanzelf op die plek. Daarom wil ik onderzoek doen naar onderwijs via Facebook. Daar zijn de studenten. Door onderwijs te integreren in Facebook verplaats ik als het ware hun eten een beetje, maar blijf ik dicht bij hun geliefde plek.

Moeten we dan al ons onderwijs via Facebook gaan verzorgen? Dat lijkt mij niet. Ik denk dat deze biologiedocent gelijk heeft met het uitgangspunt dat we dicht bij de digitale ervaringen van onze studenten moeten proberen te blijven en daar zijn allerlei verschillende manieren voor. Facebook is echter alweer op zijn retour en dan moeten we ons gaan richten op andere digitale omgevingen.

look_and_feel (1)

Wel moeten we ons, vanuit dit uitgangspunt gedacht, realiseren dat een aparte, afgesloten nieuwe leeromgeving met een heel andere look and feel dan de moderne sociale media niet veel waardering bij studenten zal opleveren. Ook betekent het dat we in ieder geval moeten zorgen voor een goede aansluiting bij de belangrijkste kenmerken van sociale media in termen van importeren, exporteren van en het doorverwijzen naar content, en dergelijke. Wat ik vooral opsteek van de genoemde biologiedocent is dat we onze studenten beter moeten leren kennen. We weten eigenlijk helemaal niet goed hoe zij denken over digitaal onderwijs.

Er is (te) weinig onderzoek gedaan naar wat studenten van digitaal onderwijs vinden. Het onderzoek dat wel is gedaan, laat soms verrassende uitkomsten zien. Studenten willen vaak helemaal niet zo digitaal leren en hebben soms tamelijk traditionele opvattingen over onderwijs. Ze willen vooral webcolleges en digitale oefentoetsen. In het door mij begeleide proefschrift van Antoine van den Beemt (2010), wordt duidelijk dat er veel meer diversiteit is in digitale ervaringen dan we dachten. Lang niet alle leerlingen (90%) in het onderzoek van Antoine bleken zich volledig te gedragen als digital natives of de netwerkgeneratie en de meeste hadden vooral ervaring in deelgebieden. Sommige, de gamers, waren bijvoorbeeld helemaal niet actief (noch vaardig) in het produceren van foto’s en video’s. De netwerkers daarentegen hadden weer helemaal geen ervaring met digitale games en simulaties. Alleen de producers (10% van de onderzochte groep) voldeden aan het volledige beeld van de netwerkgeneratie. Leerlingen waren over de hele linie veel minder digitaal vaardig en digitaal wijs dan we dachten en dan in de literatuur wordt gesuggereerd. Leerlingen bleken heel andere dingen belangrijk te vinden dan we hadden gedacht. Ze ergerden zich bijvoorbeeld heel erg aan de knulligheid van sommige elektronische leeromgevingen en ze waren helemaal niet zo blij met de digitalisering van het onderwijs.

skypecall

In een ander door mij begeleid proefschriftonderzoek, van Elham Akbari (2016), gingen we na of het leren van Engels met behulp van peerfeedback via een combinatie van Facebook en Skype betere resultaten op zou leveren dan via face-to-faceonderwijs in een klas. De resultaten waren spectaculair beter in de Skype/Facebookgroep dan in de face-to- facegroep. Studenten presteerden niet alleen beter op alle toetsen, zij voelden zich ook meer met elkaar verbonden, zij waardeerden de autonomie die ze kregen meer, ze ontwikkelden meer zelfvertrouwen en durf en profiteerden meer van elkaars feedback, die in de loop van de cursus ook nog van steeds betere kwaliteit werd. Aansluiten bij de digitale leefomgeving van de studenten bleek dus heel goed te werken, met name als ontwikkeling van zelfvertrouwen, autonomie en verbinding mogelijk werd.

Wat leren we hier nu van? In de eerste plaats dat we veel meer moeten weten over de digitale ervaringen en verwachtingen van studenten. Het bestaande onderzoek vormt een te beperkte basis en moet allereerst door onderwijsinstellingen worden aangevuld met eigen praktijkgericht onderzoek onder studenten om aan te kunnen sluiten bij hun voorkeuren. Betrek studenten ook bij de vormgeving van digitalisering van het onderwijs. Praat met hen over hun ervaringen en verwachtingen. Ga de dialoog aan met studenten. In de tweede plaats is het belangrijk om aansluiting te vinden bij de (snel veranderende) digitale ervaringen van studenten. Zorg voor digitale omgevingen die lijken op de sociale media waar studenten verblijven en zorg ervoor dat er gemakkelijke verbindingen mogelijk zijn met hun privé-accounts op sociale media. Daarbij gaat het, volgens het genoemde onderzoek van Akbari, met name om het geven van keuzemogelijkheden (autonomie), het mogelijk maken van de ontwikkeling van zelfvertrouwen en faciliteren van verbindingen. Peerfeedback kan hierbij een belangrijke factor in het digitale onderwijs worden.

Conclusie: ken uw studenten! Ga na wat zij verwachten, welke sociale media zij het liefst gebruiken en leer ze beter kennen door de feedback die ze aan elkaar geven.

Referenties
Akbari, E. (2016). The Role of Social networks in Teaching and Learning a foreign Language: Effects on Learning Process and Outcome (Proefschrift). University of Tehran, Iran.
Beemt, A. van den (2010). Interactive media practices of young people: origins, backgrounds, motives and patterns (Proefschrift). Universiteit Utrecht, Utrecht.


Wilt u meer weten?

Neem contact OP